Eén keer per maand staat er een trein in het zonnetje. Soms van Arriva, soms van Connexxion of een geelblauwe rakker van de Nederlandse Spoorwegen. Juni staat in het teken van de VIRM van de Nederlandse Spoorwegen: voluit heet de trein Verlengd InterRegio Materieel. Echter, in Nederland noemen de mensen hem gewoon een dubbeldekker. De treinen zijn gebouwd door Talbot in Aachen, de voormalige huisleverancier van de NS.
De treinen zijn nog niet zo oud dan de andere; de eerste dubbeldekkers reden in de tweede helft van de jaren ’90. Toen heetten ze nog DD-IRM (DubbelDekker-InterRegio Materieel). Het is bijzonder dat de NS alleen een order plaatste voor losse rijstellen, en niet voor complete treinstellen. De eerste order bestond uit 290 stellen.
Tweede grote order
Door het vertrouwen in de trein en het grote aantal reizigers heeft NS een tweede grote order in 2001 geplaatst. Toendertijd ging het om maar liefst 378 stellen. Dat zorgde ervoor dat de driedelige VIRM’s een extra ‘bak’ kregen – nu bekend als VIRM-4. En de viertjes vóór de order werden nu treinen met zes rijstellen. In totaal rijden er nu 178 VIRM’s: 98 stuks 4-tjes , 80 stuks 6-jes. De VIRM’s rijden nu zowat op alle intercity-trajecten. Tussen Den Helder – Nijmegen en Schiphol – Nijmegen rijden ze altijd, het is een uitzondering als er een andere type rijdt.
VIRM-4
De VIRM-4 is 108,5 meter lang, en heeft 428 zitplaatsen. Daarvan zijn er 86 zitplaatsen in de 1e klas, 308 zitplaatsen in de 2e klas. Verder zijn er 34 klapzittingen, vooral in de balkons van de trein (waar ook de toiletten en deuren zijn).
VIRM-6
De VIRM-6 heeft een lengte van 162 meter. Deze type heeft in totaal 666 zitplaatsen, waarvan 172 zitplaatsen in de 1e klas, en de 2e klas heeft 444 zitplaatsen. 2e klas, Er zijn daarnaast nog 50 klapzittingen.
Een andere indeling: I, II, III en IV
De Spoorwegen gebruiken eigenlijk een andere indeling van het Interregiomaterieel. Ze onderscheiden de treinen in 4 groepen.
De voertuigen van VIRM-I zijn dus verlengd. Rond 2000 kregen de DD-IRM’s extra stellen dus: driedelige IRM’s kregen er een rijtuig bij, en de vierdelige werden vergroot tot 6-delige. In totaal gaat het bij de VIRM-I om 128 nieuwe rijstellen.
De rijstellen van de VIRM-series II en III kregen er 217 nieuwe bij. Dat betekende dat er 13 totaal nieuwe 4-delige treinstellen en 33 6-delige voertuigen erbij kwamen.
De VIRM series I, II en III bevatten een beetje kunst: Marijke de Goeij is verantwoordelijk voor het ontwerp van de kopwanden en de decoratie in de stoelbekleding. De eerste klas is herkenbaar aan de blauwe stoelkleur en de tweede klas aan de paarse.
De VIRM IV kreeg er bij de verlenging 51 rijtuigen bij: er rijden nu zo’n 204 rijtuigen van dit type rond. Dit is wel het nieuwste type onder de VIRMs: het is in 2007/2008 opgeleverd. Deze trein heeft ook ‘sporen’ van kunst: Bert-Jan Pot ontwierp de zeefdrukken op de glazen tussenwanden en deuren in de trein. De stoelen in de eerste klas zijn bekleed met rood leer en in de tweede klas hebben de stoelen blauwe stof.
Alles op een rijtje
Een klein tabel over het hoe-en-wat met de treinstellen.
Serie 8200 8400 8600 8700 9400 9500
Aantal rijtuigen 3 4 6 6 4 4
Aantal stellen 34 47 47 33 34 13
Bouwjaar 1994 – 1994 – 2002 – 2002 – 2002 – 2002 –
1996 1996 2004 2004 2004 2004
Geraadpleegde bronnen: Treinwiki, OV in Nederland, NS, “Mijn eerste treinenboek” P. en P. Van der Meer (2006)